Dedemsvaart, 09-10-2021 - De weersomstandigheden tijdens de triatlon waren zaterdag ideaal. DedemsvaartAC organiseerde deze triatlon voor de selectieleden. Het eerste onderdeel was voor de zwemmers natuurlijk geen probleem. Om goed door het fietsen te komen was voor een aantal deelnemers een groter probleem. Het meest werd er opgezien tegen het lopen. Acht deelnemers waagden zich aan de olympische afstand, 1500 m zwemmen, 40 km fietsen en 10 km lopen. Jesper Kloek was duidelijk het snelst. Na het fietsen had hij een voorsprong van 30 seconden. Na het lopen had hij deze voorsprong uitgebouwd naar 5 minuten op nummer 2, Niels Kragt. Bij de halve afstand kwamen 2 deelnemers tegelijk over de finish. Marlies Dijsselhof en Melle van Veen hadden allebei iets meer dan anderhalf uur nodig. Voor de jongsten stond een kwart van de olympische afstand op het programma. Hier was Duuk Harms het snelst in 47 minuten, gevolgd door Guus van Duinen en Marije Overberg.
Al aan het eind van het vorig seizoen werd het idee geopperd om een triatlon te houden. Een olympische afstand is een mooie uitdaging. Zonder goede training is zo’n afstand lastig te volbrengen. Het was dan ook een mooie stok achter de deur om het uithoudingsvermogen op te voeren. Er werd zaterdagmiddag gestart met de oudste deelnemers op hun olympische triatlon. De 8 deelnemers mochten starten met een 1500 vrij. Sepp Kalter was de enige zwemmer die onder de 20 minuten aantikte. Hij zat dan ook als eerste op de fiets en hij ging daarop voortvarend van start. Niels Kragt was de tweede deelnemer na het zwemmen. Hij tikte pal boven de 20 minuten aan. Groot was de verbazing toen na het fietsen de rollen totaal omgedraaid bleken. Inmiddels lag Jesper Kloek een halve minuut voor. Chiel Kootstra en Dennis Mosterman kwamen met elkaar als nummer 2 en 3 over de finish. Kootstra draaide veruit de snelste fietstijd. Kalter overspeelde zijn kaarten bij het fietsen en moest in het tweede deel veel inleveren. Hij kwam pas als zesde binnen. Bij het lopen pakte Niels Kragt vrij snel de tweede plaats terug en die kwam ook niet meer in gevaar. Kloek bouwde zijn voorsprong bij het hardlopen alleen maar verder uit. Zijn eindtijd werd 2 uur 31 minuten en 2 seconden. Van Kragt werd de eindtijd 2 uur 36 minuten en 1 seconde. Veruit de snelste loper was Stan Tibben. Hij pakte veel tijd terug op het lopen, na een mislukte fietstocht. Zijn eindtijd werd 2 uur 37 minuten en 4 seconden en daarmee werd hij derde.
-----Gedeeld eerste-----
Toen de eerste groep uit het water kwam en verder ging met hun olympische afstand, doken de wat jongere zwemmers in het water voor de halve afstand, dus 800 meter zwemmen, 20 km fietsen en 5 km hardlopen. Alessia Sluis was ruim als eerste uit het water. Tijdens het fietsen werd ze voorbij gesneld door heel wat clubgenoten en lag ze na het fietsen op de zesde plaats. Vervolgens was ze weer het snelst op het lopen, maar de verloren tijd kon ze niet op iedereen meer goed maken. De eerste plaats in de eindrangschikking werd gedeeld door Melle van Veen en Marlies Dijsselhof. Ze hadden elkaar al gevonden bij het fietsen en elkaar niet meer losgelaten. De derde plaats ging naar Mart Tempelman. Hij bleef 30 seconden voor Sluis. Een eervolle vermelding is zeker op zijn plaats voor Esther Dijsselhof. Zij was de jongste deelneemster op deze afstand. Ze kwam maar 5 seconden na Sluis over de finish en werd daarmee vijfde.
-----Snelst-----
Toen de groep van de halve olympische afstand op de fiets zat, startten de allerjongsten met een kwart van de olympische afstand, 400 meter zwemmen, 10 kilometer fietsen en 2,5 kilometer lopen. De spanning in deze groep was minder groot. Er waren op deze afstand maar 3 deelnemers. Duuk Harms was het snelst uit het water. Hij reed zijn rondjes op de fiets ook het snelst en ook het lopen ging hem het best af. Guus van Duinen was op alle afstanden tweede en Marije Overberg derde.